Ik roep al heel lang dat ik fotografie de grootste uitvinding vind van de afgelopen tweehonderd jaar. Het heeft het mensbeeld compleet veranderd. De manier waarop we naar natuur, kunst, de wereld om ons heen en naar onszelf kijken is totaal veranderd de afgelopen eeuwen. En de digitale fotografie en de smartphone hebben dat in de afgelopen tien, twintig jaar tijd nog eens extra versneld.
Het laatste kunststukje is de foto van een zwart gat. Iets wat vanaf aarde met één telescoop niet waarneembaar is – laat staan met het blote oog. Dus werden er in 2017 over de hele wereld acht telescopen op het verschijnsel gericht, waarna gedurende een aantal dagen een enorme hoeveelheid data werd verzameld om tot het voor een mens zichtbare beeld van één vurige donut te komen. Is het een foto? Of een collage? Een verzameling pixels?
Honderdvijftig jaar geleden was een foto maken van een landschap met een wolkenlucht nog technisch onmogelijk om in een keer te fotograferen; lucht en wolken verlangden een veel kortere sluitertijd dan bomen, huizen, mensen, landschap. Ook toen werden meerdere fotonegatieven gebruikt om tot een foto te komen die dichtbij onze waarneming kwam. Wat de bijkans onvoorstelbare foto van het zwarte gat voor ons is, was een foto van een zeegezicht van Gustave Le Gray voor de negentiende-eeuwer. Het duurde nog heel lang tot fotografie in staat was om negatieven zo gevoelig te maken dat lucht en landschap in een keer gefotografeerd kon worden – en dan nog zette een fotograaf een foto naar zijn hand met trucjes als doordrukken in de doka.
Het leuke is dat er natuurlijk al heel veel impressies van een zwart gat zijn gemaakt door wetenschappers en kunstenaars in videoclips (denk aan Black Hole Sun van Soundgarden) en films (Interstellar) en dat de ‘waarheid’ daar verdomd dichtbij ligt. Toeval?
Je kunt het eigenlijk vergelijken met schilderkunst en fotografie; tot 1839 werd de wereld om ons heen verbeeld door kunstenaars, het waren artist’s impressions, en die beelden vormden ons wereldbeeld. De fotografische werkelijkheid van na 1839 ligt daar dichtbij, al blijven schilderijen en tekeningen indrukken gemaakt door kunstenaars met de materialen die zij voorhanden hadden. Met de camera lucida was er natuurlijk al zachtjes toegewerkt naar het fotografische beeld; het projecteren van een beeld door een lens behoorde al veel langer tot de mogelijkheden. Het vastleggen op een drager echter nog niet. Dat kwam toen in 1839 enkele uitvinders erin geslaagd waren met lichtgevoelige chemicaliën het beeld op papier of metaal te fixeren.
Hoe natuurgetrouw waren die foto’s? Om te beginnen in zwart wit, met materialen die nog niet de optimale gevoeligheid hadden om licht en schaduw op de juiste wijze weer te geven. Het duurde nog zeker 80 jaar tot de eerste kleurenfoto’s gemaakt werden. Daarnaast gingen kunstenaars in de weer met fotocollage, solariseren, photoshop en andere manieren om hun foto’s te manipuleren naar een gewenst beeld.
In 2019 weten we dat geen enkele foto een natuurgetrouwe weergave is van de werkelijkheid. Iedereen kan met een paar tikjes de foto op zijn of haar smartphone aanpassen. Laat tien mensen een foto maken van hetzelfde en je krijgt tien verschillende foto’s.
De vraag is hoe ‘natuurgetrouw’ de foto van het zwarte gat is. Kun je überhaupt van ‘natuurgetrouw’ spreken bij een fenomeen dat voor het oog niet zichtbaar is? In het artikel op astronomy.com wordt uitgelegd hoe de foto is gemaakt; acht radiotelescopen van over de hele wereld hebben radiosignalen vertaald naar beeld. Dus ‘foto’ van een zwart gat? Wat denk jij?