Repost: Het mooiste kinderfeest is buiten

Een half jaartje geleden plaatste Marcel van Ool van Staatsbosbeheer een blog van mijn hand op Buitenplaatsen.wordpress.com.  Terugblik!

Deze week opende een blotevoetenpad bij Goes. Het Jeugdjournaal liet beelden zien van kinderen die kermend van het pad gedragen werden; naaldjes van distels bedierven het plezier. Zo te zien was het pad gemaaid en waren de distels verspreid over het terrein. Bedoeld om kinderen op een leuke manier kennis te laten maken met de natuur, werd verteld. Voor veel van de kinderen was dit niet voor herhaling vatbaar.

Hoe anders kan het gaan. Mijn oudste dochter Myrthe werd een paar weken geleden 8. Elk jaar duikt de verjaardagsstress weer op: wat moeten we dit jaar doen? Myrthe had dit jaar al feestjes gehad met een foto-shoot,  glow-in-the-dark-midgetgolfen, mozaïeken, klimmen in het klimbos, kamperen… Hoe overtref je dat?!

Het moet leuk zijn én origineel. Het feestje thuis met de speurtocht en spelletjes is niet langer mogelijk. Liefst moeten we ver weg in de auto.

Samen met dochter de opties op internet bekeken, en zo kwamen we uit bij natuurgids Klaartje, die de kinderen zou meenemen de natuur in – en ook nog tamelijk dichtbij huis: het Gagelbos. Ze beloofde met de kinderen door brandnetels te lopen, planten te eten, vuurtje te stoken, hutten te bouwen. Stoere dingen doen dus!

De kinderen zijn oud genoeg om zelf de fietstocht te ondernemen, dus de auto was niet nodig (al zijn 10 ketende kids toch wel een zorgpuntje). Op het parkeerterrein bij het Gagelbos staat Klaartje, van Stichting Paardebloem, ons op te wachten met een grote tas vol vergrootglazen, emmers en meer.

Feestje myrthe 2

Na een stuk wandelpad kondigt ze plots aan dat we het pad verlaten en deelt ze vergrootglazen uit. Ze vestigt de aandacht op de kleine beestjes die overal op de grond en op de blaadjes rondkruipen. Binnen no time zitten alle kinderen op de grond en zien ze slakjes, spinnen en andere kriebelbeestjes. Klaartje heeft kaarten bij zich waarop de kinderen de insecten kunnen herkennen. Er is aandacht voor de brandnetels waar we inderdaad tussendoor lopen (geen blote voeten hier, maar lange broeken en regenlaarzen!) en wat blijkt: je kunt de bloemetjes vastpakken! Eén van de vriendinnetjes roept: “Dit is net Freek in het Wild!” Ondertussen wordt er geknabbeld op de zaadjes van het fluitekruid dat overal staat.

Dan gaan we het bosje in waar we al even langslopen. Vriendinnetje Roosmarijn begint te snikken. Ze vindt het bos “een beetje spannend”. Ze wil er wel bij blijven en na 10 minuten is haar angst verdwenen. Net daarvoor zagen we een muisje uit zijn holletje kruipen. Klaartje vertelt dat je in een bos heel veel muizenholletjes onder de bladeren kunt vinden. Vooral mijn jongste, Roos, is een kei in het vinden van holletjes en gangen (die soms alleen bedekt zijn door een bladerdek).

Tweeëntwintig zwarte handjes later gaan we naar het naastgelegen grasveld waar de kinderen “3d-schilderijtjes” maken met bloemetjes, blaadjes, grassen en meer. En weer zijn elf neuzen naar de grond gericht en speuren ze het gebied af. Ik verbaas me ondertussen om de simpelheid én de vindingrijkheid van wat Klaartje doet. Met eenvoudige middelen laat ze zien wat je eigenlijk vlakbij huis kunt vinden. De kinderen maken de mooiste kunstwerkjes en genieten. Daarna mogen ze bij de sloot emmers water halen. Dankzij de klimtoestellen in het speelbos bedenken ze daarvoor meerdere manieren. Een natte broek blijft natuurlijk niet uit. Dochter Roos wil all the way. Laarzen uit, broek uit, hup de sloot in. Het is die dag – helaas – niet zo warm, maar vooruit.

Feestje 5

Klaartje giet de emmers water uit in bakken, en daar komen kleine beestjes uit de waterplanten tevoorschijn. De kinderen vinden het prachtig. Het meisje dat net het bos wat spannend vond, juicht nu dat ze dit “het tofste feestje ooit” vindt.

Er is nog tijd om lekker te klimmen en rond de sloot te spelen. We moeten weer naar huis, waar de kinderen eigenlijk geen zin in hebben. Myrthe is een beetje teleurgesteld dat het vuurtje stoken niet doorgaat. Daarvoor is het die dag helaas te nat.

Weer thuis zijn ze helemaal blij van de middag buiten. Ik weet zeker dat een aantal van hen een volgende keer weer de boden met de handjes verkent of aankomt met een blaadje waarop een vlinder eitjes heeft afgezet. En ik ben blij dat ik die kinderen met dit feestje heb kunnen laten zijn hoe gaaf dat is.

 

 

Flashback: een clinic van Epke Zonderland

Epke Zonderland werd dit weekend wereldkampioen aan de rekstok. Een paar jaar terug mocht ik les van hem hebben. Hoofdsponsor NS (toen ook mijn werkgever) deelde onder medewerkers en treinreizigers freecards uit voor een clinic. Onderstaand blog verscheen eerder op de intranetsite van NS.

´Dat kan ik ook. En dát ook!´ Mijn partner kan heerlijk onderuitgezakt commentaar geven op de turnkampioenschappen die we op tv voorbij zien komen. Ik corrigeer soms ´Dat kón je ook´, want laten we wel wezen, we zijn inmiddels twintig jaar verder. Nee zonder twijfel, als hij écht kan wat we op tv aanschouwen, dan is hij toch van een redelijk niveau. Ik heb hem alleen nog nooit in de ringen of aan de rekstok gezien. Ja, een handstand, dat wel. En dat is toch al meer dan wat ik kan (ervaring: gymles op de lagere en middelbare school).

Opdracht: maak de slagzin af en win een clinic met een van onze Olympische sporters Marleen, Edith, Gijs, Theo, Epke, Esther of Naomi. Eindelijk! Mijn kans om manlief in actie te zien. Ik twijfel geen moment en sla aan het dichten. Het resultaat is matig, maar ik schat mijn kansen hoog: het is vakantie.

Een paar dagen later krijg ik een mail. Gefeliciteerd! Je hebt een clinic met Epke Zonderland gewonnen! Euforisch bel ik mijn vriend. We gaan turnen met Epke! ´Maar het is al twintig jaar geleden…´ Waar is die zekerheid gebleven die ik op de bank altijd zie?

Vrijdag, Frans Ottenstadion. We komen de zaal binnen waar de winnaars en sporters zich verzamelen. In de hoek zit een collega te zwaaien die gaat rolstoeltennissen met Esther Vergeer. De tafel voor Epke is nog leeg. We gaan zitten. Twee studentes, die gewonnen hebben door gelukskoekjes uit te delen op Utrecht CS, sluiten aan. Ze zijn net als ik nagenoeg blanco. Raoul van 8 sluit zich aan met mamma en oma, die alles vastlegt op film. Later blijkt de groep voornamelijk uit 13-jarige turnstertjes te bestaan die hun hand niet omdraaien voor een salto in de lucht.

Epke komt kennismaken met het gezelschap. Hij vertelt dat hij zijn broer Johan, een vriend van het CIOS (sportopleiding) en een lange mat heeft meegebracht. Een rekstok kon helaas niet in de tennishal opgesteld worden. En ik had mij nog wel zo verheugd op de kunsten van mijn vriend…

We krijgen een pittige opwarming. We staan in een kring, iedereen mag een oefening bedenken. Epke staat tegenover mij, mij af te leiden als zijn sixpack onder zijn shirtje uitkomt bij het armen stretchen. De 8-jarige Raoul pijnigt ons met push-ups. Ik blijk één van de leniger dames te zijn. Ik ben dan wel geen dertien meer, maar krijg in spreidzit toch mijn neus op de grond. Respect!

Mijn doel op de mat is simpel: een radslag leren. Bij moderne dans moet ik die heel soms uitvoeren, en dat ziet er altijd belachelijk uit. Ik krijg een paar handige tips, doe zelfs een poging tot een ´arabier´ en na wat hulp kan ik zelfstandig een handstand met doorrol uitvoeren. Mijn zelfvertrouwen groeit met de minuut. Tussendoor laat Epke af en toe zijn kunsten zien en moet hij Raoul weer naar de mat trekken; te verlegen om mee te doen.

En mijn vriend? Die doet alles moeiteloos. Tot grote verbazing van alle aanwezigen, inclusief Epke en zijn broer Johan. Op het moment dat ik even afgehaakt ben en leuk fotootjes schiet, zie ik hem salto´s door de lucht maken. Hij kan het echt! De kleine trampoline wordt echter de doodsteek. Gepijnigd gaat hij langs de kant zitten. “M´n achillespezen”. Tsja, hardlopers van boven de veertig… Ik spring vrolijk verder. Op zeker moment val ik terug van de bok op de trampoline. Ik word opgevangen door Epke en Johan. Wat wil je nog meer? Mijn dag is helemaal goed. De spierpijn van morgen heb ik hier graag voor over.

Dit verhaal verscheen eerder op de intranetsite van NS